Levensbeschrijving Abraham Teune en Barbara Gasser

Zij bezitten ook een huis en where op den Vloeddijk, genaamd "de Pannebakkerie" met hof, stal en oude berg.

14-4-1711:
Huizen, erven en weeren op de Burgwal, Buitenespel, de Pannebakkerij van Hermen van der Maten geweest zijnde, toebehoord hebbende aan de wede. en kinderen van Dr. Abraham van de Gronde, Zie Gerechtelijke Verkoop, 1708-1726.

27-4-1713 (2092):
Vr. Algonda van Coeverden, weduwe van Abraham van de Grunde verkoopt aan de Bedienaren der Armen een huis, erve en were, gelegen in de Nieuwstraat op de hoek van de Morrensteege naast het Huyrpeerdt, dit tot verevening van de 478 carelsgulden, welke de Armenkamer nog te vorderen heeft van de verkoop van het huis "de Pannebackerij" aan haar overleden man.
Zie hiervoor ook Inv. A (Armenkamer) nr. 866, register charters en bescheiden nr. A 630.
Het lijkt erop, dat het hier om een andere Pannebackerij gaat, daar deze immers gevestigd is op de Burgwal en die van de familie Teune lag aan de Vloeddijk.

Na de dood van zijn ouders was Abraham genoodzaakt geweest als boerenknecht te dienen, en had in Groningerland (O.a. te Hoogkerk, Sappemeer, Wildervank en Zuidwolde, zie voor de familienamen Blaupot ten Cate I, p. 184-186, 207), alwaar mede Zwitsersche Mennoniten zich met der woon gevestigd hadden, daartoe gelegenheid gevonden.

11-4-1729:
Timen Kock verkoopt aan Christiaen Gasser en Barbara Gasser, broer en zuster, een huis, hof en stukje land te Brunnepe aan de St. Nicolaasdijk, oostwaarts Gerrit Mense, Westwaarts de Hooiweg, Zuidwaarts de Zeegraven of Geestelijkheid en Noordwaarts de St. Nicolaasdijk.

24-4-1731:
Doch later gehuwd met een meisje tot dezelfde gezindte behoorende, die met haren broeder en zuster buiten Campen woonde, had hij zich aldaar met der woon gevestigd, waar zij door zuinigheid en naarstigheid het zoo ver bragten, dat zij zich een eigendom in de stad Campen konden koopen en het groote burgerrecht voor f 91,- verkreegen; Kampen, 24-4-1731 ingeschreven in het Burgerboek 1672/1868 weidende, geboortig in Zwitserland in 't canton Bern, getrouwd aan een buitenburgeresse.
Het is zeer waarschijnlijk, dat rond deze tijd in 1731, de Pannebackerij is gekocht.

Hij pacht van 1743 tot 1747 het vierde slach, genaemd Glaewen Slach, de eerste kamp aan de hooijweg, bij Gerrit Sluirink gebruikt; borgen: Christiaan Gasser en Peter Teune.
Hij is van 1744-1747 prediker geweest bij de Zwitserse Doopsgezinde Gemeente.
Volgens het Begraafregister der Buitenkerk werd Abraham Teune 5 december 1747 op het kerkhof in een platte kist, zonder dat voor hem geluid werd of kerkengerechtigheid betaald werd, ter aarde besteld.
Vrouw en één zoon waren eveneens overleden en Marten Richen, benevens Jacob Garner werden 13 december 1747 over één kind, dit is Abraham Teune, tot voogden aangesteld; Kampen, Momberboek 1745-1809, fol. 10.
In dit document staat de naam van de vader vermeld als Willem Abraham Teune.

In 1760 zal de Pannebackerij door hun enige zoon Abraham, die op dat moment trouwt met Johanna van Rees, verkocht worden aan zijn neef
Abraham Peters Teune.