Levensbeschrijving Femmegjen Peters Teune en Peter Hansen Meurer

Hij huurt van 1772-1782 Erf no. 58.
Hij huurt van 1782-1793 hetzelfde erf.
Na zijn dood in 1784 moet het erf zijn overgenomen door iemand anders.

4-2-1784
Camperveen den 4den February 1784
Het Weled. Gerigte heeft over de E. Jacob Teunen thans niet volkomen bij zinnen zjinde tot Curateuren en voogden gesteld de EE Daniel Teunen, Peter Meurer en Jan Kreps.
Welke persoonen in dezer Edelen Gerigte zijn erscheenen en hebben deeze voogdij en momboirschap bij Hans Laltinge aan en op zig genoomen en beloovt het uitterste van opgenoemde Jacob Teunen te zullen behertigen en waarnemen als goede en getrouwe voogden hun pligt is en na landregte behoord.

17-2-1784
Camperveen den 17den February 1784
Erschenen in dezen Weled. Gerigte de Perz.: Peter Murer en Jan Kreps de rata caverende voor Daniel Teunen in gte als voogden over Jacob Teunen, benevens Peter Hupser en deszelvs huisvrouw Trijnten Teune ter Eene en der E. Hendrik Willems ter andere zijde, zeggende dat dewijle de laatstgenoemde van het bovengasthuis binnen de stad Campen gehuurd heeft het Erve Oever zoo door genoemde Jacob Teunen en deszelvs suster Trijntjen Teunen eenige jaaren is bemeijert en bewoont geweest en dat het huis, berg, schuure, boomgaart op het zelve staande en aan de voorige huurders in Eijgendom toebehoorende door den aankomstigen gebruiker weder moet worden gekogt en overgenoomen, zoo hebben zij dezen WelEd. gerigte verzogt om het zelve gerigtelijk te willen doen taxeren, daartoe aan den Gerigte voordragende de persoonen van den Architect der stad Campen Jan Ten Holt en Johannis Figge Stadstimmerman verzoekende dat dezelve tot het doen der taxatie mogten worden geapprobeerd en aangesteld.
Welk verzoek door het WelEd. Gerigte is geaccordeerd en geapprobeerd.
Waarop erscheenen opgenoemde Jan Ter Holt en Johannes Figge en hebben in judicio verklaard bij handtastinge deeze taxatie in gemelde en hun beste geweten te hebben ge...... en alles ten dien eijnde met alle ..... te hebben nagegaan navolgende taxatie te hebben uitgebragt: alles bij malkander getrokken hebbende somma van Eenduizend Eenhonderd Eenenzeventig guldens zegge f 1171=:= waarbij dan nog komt (zie verder het document).

6-5-1805 fol. 99:
Rechterlijk Archief IJsselmuiden nr. 3284
Transporten 1802-1810
Binnen Campen op vergunder aarde - D.G. Escher, Schout van IJsselmuiden, keurnoten Mr. Abraham Stennekes en [geen naam vermeld].
Gecompareerd zijn Jan Teune en Annigje Hupscher, ehelieden, illa tutore marito. Tevens de eerstgenoemde als voogd over de minderjarige Jacob Teune, dan Daniel Teune, Peter Teune, Jan Bos en Annigje Teune, ehelieden, Willem Berends en Elsje Teune, illa tutore maritis, Annigje Riegen, geassisteerd door Abraham Gerberts als haar gekozen momber, Peter Teune en Elsje Teune, ehelieden, Abr. Teune voor zich zelf en voor zijn zuster Barbara Teune, volgens akte van volmacht, gepasseerd alhier. Zij transporteren aan Peter Meurer en Femmigje Teune 5/6 gedeelte van een stuk groenland, genaamd de Haage, gelegen aan de Oosterholtse Steeg, onder de jurisdictie van IJsselmuiden gelegen.

Transportakten:
1-7-1805 fol. 24:
Zij wonen ten Zuiden van Jan Hoozee en vrouw aan de Groenestraat Westzijde. Ten Noorden van Jan Hoozee en vrouw wonen de kinderen van Jan Pieter ten Noorden.
Transportakten:
15-8-1805 fol. 24:
Zij wonen naast Jochem ten Napel en vrouw aan de Groenestraat tegenover de Nieuwe Steeg. Aan de andere kant van Jochem ten Napel en vrouw bevindt zich de Boecops- en Voornes Vergadering.
31-12-1805:
Zijn in den gerichte erschenen Abraham Gerber als gevolmachtigde van Hans Gerber in deszelfs qualiteit van voogd over de minderjarige Annigje Riegen, luid acte van volmagt den dato 12 maart 1804 te Zuidhorn voor den Drost des jurisdictie van het Westerquartier gepasseerd; Peter Teune en Elsje Jansen Teune, Abraham Teune en Annigje Schabels, Jan Teune en Annigje Hupscher, Willem Berends en Elsje Teune, Jan Bos en Annigje Teune respectieve Ehelieden, filla tutoribus maritis, als mede Abraham Teune zo voor zich, als caverende voor zijne Ehevrouw, en in qualiteit van gevolmagtigde van Barber Teune vrouw van Folkert Martens, luid acte van volmagt op den 1sten April 1805 voor den Drost des jurisdictie van het Gerecht en Sappemeer op het Hoogezand gepasseerd, en verklaarden voor eene wel betaalde som van penningen te hebben verkogt en kracht dezes in eenen vollen en vrijen, eeuwigen en erfelijken eigendom te cederen en over te dragen, aan Peter Meurer deszelfs ehevrouw, beider Erfgenamen en rechtverkrijgenden, een Huis erve en Boomgaard, staande en gelegen in de groenestraat, tusschen de Rosenmarijnsteeg en den Kalverhekkenweg, en zulks met alle de lusten en lasten, raden en onraden, rechten en gerechtigheden, van ouds daertoe behorende, zijnde bezwaard met tweeduizend guldens ten behoeve van de Zwitsersche gemeente binnen deze stad bij acte van 4 Febr: 1797 anders vrij en onbezwaard , den steede en van den lande hunne gerechtigheid voorbehouden.